Wethouders zetten groen in het hart van hun omgevingsplannen
Twee wethouders voor wie vergroenen echt een werkwoord is. Mark de Boer (Gorinchem) en Ralph Lafleur (Hendrik-Ido-Ambacht), hebben niet alleen een mening over het belang van een groene leefomgeving, ze vullen dat ook in met visie en daden. Door groen in het hart van de omgevingsplannen te zetten en door de inzet van de nieuwste technologie. Daarbij zijn ze zich bewust van het belang van draagvlak en de kracht van het collectief; in hun eigen gemeenten en in het netwerk van Groene Cirkel Groene Gezonde Stad.
 
         
        Geen extraatjes
Radicaal vergroenen, wethouder Mark de Boer windt er geen doekjes om. ‘Ik begrijp dat er een lading zit aan het woord radicaal. Toch heb ik dat sinds dag 1 dat ik wethouder ben in Gorinchem gebruikt. Radicaal staat voor omslag, en dat is precies wat ons te doen staat.’
Groen en natuur zijn wat De Boer betreft geen ‘extraatjes’ als aankleding van een ruimtelijke-ordeningsproject. ‘Lange tijd werd dat zo gezien. Dat zat me dwars. Dan werden er met veel enthousiasme allerlei groene aspecten opgenomen in een project, maar als het budget of de planning ging knellen, vielen de groene plannen als eerste weer af. Maar groene oplossingen zijn geen ‘leuke dingetjes’, er is meer dan voldoende bewijs dat vergroening op zoveel beleidsterreinen een oplossing biedt. Voor onze gezondheid, om klimaatverandering het hoofd te bieden, voor de natuur en de beleving van de stad, noem maar op. Daarom was het eerste vraagstuk waar ik me mee bezighield: hoe kunnen we het belang en de waarde van groen op alle terreinen aan de voorkant borgen in de besluitvormingsprocessen? Dat vraagt om beleidskaders én om concrete stappen.’
Wat is vergroenen?
Als eerste zichtbare stap stelde de wethouder in het college voor om elk jaar netto 1 procent bomengroei te realiseren. ‘Dat lijkt weinig, maar dat zijn er voor dit jaar bijvoorbeeld rond de 180. Zo’n initiatief leidt vooral tot meer bewustzijn; het krijgt aandacht en daardoor ontstaat meer kennis. We hebben ook een stadsecoloog aangenomen die zich intensief met dit thema bezighoudt. Zo hebben we kaders opgesteld over natuurinclusief en radicaal vergroenen die voortkomen uit onze omgevingsvisie. Dat begint bij de vraag: wat is vergroenen? Even gekscherend: als ik met een pot groene verf aan de gang ga, ben ik ook aan het vergroenen. Hoe kunnen we groenareaal toevoegen met kwaliteit, hoe borgen we groennormen in ons omgevingsplan, hoe creëren we goede groenblauwe verbindingen? Dat zijn de vragen die we moeten stellen.’.
Balans is de kunst
Groen niet als sluitstuk, maar als een van de belangrijkste elementen om te borgen in omgevingsplannen. Het is ambitieus en soms ook best spannend weet Mark de Boer. ‘De balans vinden, dat is de kunst. Met het college, de raad en natuurlijk met de inwoners. Als je het ze op de man af vraagt, zullen weinig mensen tegen vergroening zijn. Maar in specifieke projecten kan er weerstand zijn. Dan vindt de helft van de inwoners hoog gras met wilde bloemen rommelig. We proberen de maatregelen die we nemen zoveel mogelijk uit te leggen, communicatie is belangrijk. Net als ervaringen uitwisselen met collega’s. Daarom is
het zo waardevol om met andere koplopers in het netwerk van Groene Cirkel Groene Gezonde Stad te zitten. We hebben allemaal vergelijkbare opgaven. En ook allemaal te weinig middelen vanuit het Rijk. Dan is het goed om van elkaar de goede voorbeelden te horen en als dat kan toe te passen in de eigen gemeente.’
Apart plan
‘Wij noemen Ambacht met trots ons groene dorp,’ zegt Ralph Lafleur. De wethouder zet zich vol in voor de vergroening van zijn gemeente. ‘De basis is ons Programma Duurzaamheid. Duurzaamheid is een begrip dat door alle domeinen heenloopt; van mobiliteit tot energietransitie tot afvalscheiding.
 
        Ook vergroenen is een belangrijke duurzaamheidsopgave en daarom hebben we daar een apart Groenbeleidsplan voor gemaakt. Dat zorgt voor meer verdieping, meer kennis en het maakt voor raad en inwoners duidelijk wat dat vraagt aan inspanningen en geld. Want er zijn forse investeringen voor nodig.’ Biodiversiteit, klimaatadaptatie, bomen; het zijn de bekende thema’s in het Groenbeleidsplan. Maar het gaat natuurlijk om de invulling van die plannen en de resultaten die dat oplevert.
Digital twin
Een mooi voorbeeld daarvan is de manier waarop Hendrik-Ido-Ambacht de aanplant van bomen aanpakt. Namelijk met een digital twin, ontwikkeld met Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid, provincie Zuid-Holland en Ingenieursbureau Drechtsteden. Een digital twin is een digitale kopie van de werkelijkheid. ‘Het systeem bevat allerlei data die van belang zijn voor de aanplant van een boom op een bepaalde plek. Bovengronds, staan er bijvoorbeeld gebouwen, maar ook ondergronds: liggen er kabels of leidingen? Daar zijn relevante gegevens aan toegevoegd, zoals de 3-30-300 regel: 3 bomen vlakbij elk huis, 30 procent schaduw, en voor iedere inwoner binnen 300 meter toegang tot groen. Op basis van die data analyseert het systeem waar we het beste kunnen planten. Overigens wordt die analyse aangevuld met kennis van onze deskundige, we gaan altijd op de plek zelf kijken. Het gaat niet om de kwantiteit – weer een boom erbij – maar om de kwaliteit: helpt deze boom hier tegen hittestress, voegt hij wat toe voor de biodiversiteit? Of zoals ik altijd zeg: de juiste boom op de juiste plek.’
Duurzaamheidswagen
Ralph Lafleur zoekt graag het contact met de inwoners op. ‘Draagvlak in de samenleving is cruciaal. Mensen willen wel meer bomen, maar niet als het hun zonnepanelen in de weg zit of als het rotzooi geeft op hun auto. En inwoners moeten er ook aan wennen als delen van het park er ruiger uitzien. Dus moet je vertellen waarom dat zo is. We trekken geregeld de wijken in met onze duurzaamheidswagen, waarin we mensen uitnodigen voor een gesprek rond groene thema’s. Je kunt het als gemeente niet alleen, je hebt ideeën van anderen nodig. Daarom wilde ik ook aansluiten bij het netwerk van Groene Cirkel Groene Gezonde Stad.’ Gebruikmaken van ideeën van andere gemeenten en eigen ervaringen inbrengen, dat verwacht hij van het netwerk. ‘Neem biodiversiteit, elke gemeente is ermee bezig, maar wat zijn nou echt verrassende ideeën buiten de standaardzaken die we allemaal wel oppakken? Daar ben ik benieuwd naar. Wat ik ook echt winst vind is dat het ambassadeurschap van Groene Gezonde Stad hier ambtelijk breed wordt gedragen. Er werken veel jonge mensen bij ons in de gemeente, zij zijn heel enthousiast over Groene Cirkels. En zij zijn ten slotte de toekomst!’
Geïnspireerd? Bekijk de website van Groene Cirkel Groene Gezonde Stad